In Maastricht kan sinds een aantal weken geslapen worden in een oud klooster. Het “Kruisherenhotel”, waartoe het eeuwenoude Kruisherenklooster is omgedoopt, is de nieuwste stek waar upperclass-gastheer Camille Oostwegel zijn gasten in luxe te slapen legt. De monniken zijn verdwenen, maar de geladen sfeer van spiritualiteit hangt nog steeds in het gebouw. Een bezoekje aan de centrale hal is een bijzondere ervaring. Zoals bij veel andere herbestemmingprojecten van “gewijde” en dus suggestieve architectuur blijkt de kracht van bezielde gebouwen ook na het verliezen van hun religieuze functie te blijven bestaan.
Het ontwerp voor het nieuwe hotel is van restauratiearchitect satijnplus en interieurarchitecten Vos Maupertuus. In de abdij is gelikt design gecombineerd met de eeuwenoude gotische omgeving (zie foto’s). Een symbiose van tegenstellingen en overeenkomsten die de spirituele ervaring van Gotische architectuur weer helemaal aanwezig maakt…..
Wat moet een middeleeuwer hebben gedacht bij het betreden van een laatgotische kerk zoals de kapel van het Kruisherenklooster? De hoge gewelven met complexe structuren, het door gekleurd glas gefilterde licht, de reliëfs in de muren en altaren in de zijnissen……. De laatgotische kerk was voor de middeleeuwers een kermis van vormen, kleuren en afmetingen. Special effects die we nu vinden in de nieuwste films, vond men vroeger in kerken langs pelgrimspaden, zoals die in Maastricht.
Geheel Nederland behalve Limburg heeft nooit iets begrepen van de betovering die de overdaad aan heiligenbeelden, kruisstaties en instrumenten voor de viering in katholieke kerken brengt. Met de beeldenstorm is in de noordelijke provincies de pracht en praal van de Middeleeuwse kerk verloren gegaan. Wat in de plaats kwam waren Saerendam-achtige kerkbeelden van lege ruimtes, heldere perspectieven en intense kleurvlakken. Ook betoverend mooi, maar toch anders.
Ook in Maastricht heeft de beeldenstorm zijn effecten gehad, maar de geest van spiritualiteit is nooit uit de architectuur en vormgeving verdwenen. Het altaar van de Sint Cervaas is net zo kitsch als een willekeurig Belgisch exemplaar en bij de Onze Lieve Vrouwe basiliek wordt nog altijd een kinderlijke pop geëerd als vertegenwoordiging van Maria op aarde. Het beeld levert Lourdes-achtige plaatjes met duizenden kaarsjes en biddende gelovigen die de haar heiligdom lijken te rechtvaardigen.
De kapel van het Kruisherenklooster heeft nooit de kitsch gehad die de Sint Cervaas en de Onze Lieve Vrouwe Basiliek hadden. Misschien mede daarom is het één van de vele kerken die jarenlang in zeer slechte staat verkeerde, wachtend op een nieuwe bestemming. Zoals een 19e eeuwse kerk aan de Maas veranderde in discotheek The Nightlive, zo is het Kruisherenklooster gerestaureerd, aangepast en opengesteld voor een totaal andere functie. Het blijkt dat de laag van toewijding en spiritualiteit die de bouwers in de kerken probeerden te leggen ook in een overwegend seculiere wereld nog steeds zijn kracht heeft. Suggestieve architectuur scoort dus ook zonder een achterliggend verhaal. Is er dus sprake van een bijzonder sterke “stijl” of komt de kracht van elders?