UN studio heeft een contextloze ontwerphouding

Afgelopen vrijdag vond een boekpresentatie plaats van de nieuwe monografie van architectenbureau UN studio. Boekhandel Donner had zijn keldertheater ter beschikking gesteld en had gezorgd voor hapjes en drankjes. De twee partners van het bureau (Ben van Berkel en Caroline Bos) waren aanwezig en Ben gaf ook nog een korte lezing. Met de nieuwe stagiair van mijn bureau, een Francoos met de naam Guillome, bezocht ik de presentatie. Het was interessant!

UN studio is een van de bekendste bureau’s van Nederland. Het bureau ontwierp de Erasmusbrug in Rotterdam, en is verder bekend van bijzonder ingewikkeld geconstrueerde gebouwen zoals het Möbiushuis in het Gooi en het laboratorium op de Uithof in Utrecht. De faam van het bureau reikt inmiddels tot over de hele wereld en daarom staan de nieuwste projecten in het buitenland. Het laatst voltooide project is het nieuwe museum voor Mercedes Benz in Stuttgart.

Alhoewel de monografie over het totale werk van UN studio ging, beperkte Ben van Berkel zich tijdens zijn korte lezing tot dit laatste project. Het was duidelijk het nieuwste paradepaardje uit zijn portfolio. Ben was duidelijk over zijn uitgangspunten voor het ontwerp: uit fascinatie voor ruimtelijke structuren die met de computer zijn te modelleren, is de grondvorm bepaald. Deze grondvorm stond tijdens het verdere ontwerpproces centraal en de functionele principes voor het gebouw zijn de de volgende periode net zo lang aangepast tot een evenwichtig ontwerp werd gevonden.

Met Guillome verbaasde ik me over contextloze benadering die deze ontwerpstrategie impliceerde. Als slechts een neutrale structuur de basis kan zijn voor een ontwerp, kan het betreffende ontwerp in feite overal worden geplaatst en kan het voor alles dienen. Ik dacht nog eens aan de ontwerpen van UN studio. De Erasmusbrug, het Möbiushuis, het laboratorium en nu dus het museum: het waren allemaal gebouwen die niet naar de directe omgeving refereerden, maar die een dermate sterke vorm hadden dat ze zelf een referentiepunt waren geworden. Het ontwerp was sterker dan de context!

Dit is bij geen enkel ontwerp een probleem. De Erasmusbrug was een nieuwe brug over de Maas naar een gebied dat tot op dat moment vormloos was geweest, de villa in het Gooi staat op een lap grond die vanuit zichzelf geen referentie geeft in de vorm van gebouwde artefacten en ook de context van de Uithof, zoals die tien jaar geleden was, is er een om niet naar te refereren. De ontwerpen van UN studio zijn contextloos, maar passen daarom perfect in omgevingen waar óf de context ontbreekt, óf deze zo snel mogelijk vergeten moet worden.

Ook de omgeving van het nieuwe museum in Stuttgart is in feite een gebied zonder context: het ligt in een industrieterrein aan de snelweg richting het centrum van de stad. Tot de komst van het museum kwam er geen hond in het gebied. Het ontwerp met zijn opvallende gevel en expressieve vorm valt op oogt aantrekkelijk en zal als pool gaan fungeren voor het gebied en dat is op zich een interessant verschijnsel.

Er zit echter ook een gevaar aan deze ontwerphouding: als iedereen op deze manier zou gaan ontwerpen (en dat gebeurt al in grote mate,) zou de wereld volstaan met inwisselbare technische hoogstandjes gebaseerd op neutrale principes. Te veel van de contextloze benadering maakt dat alle gebouwen van de wereld op elkaar gaan lijken.

Een van de vragen die na de lezing werd gesteld was illustrerend voor de problematiek die deze ontwerphouding veroorzaakt. De uitgever van het boek vroeg zich af of de driepotigheid van de grondvorm van het gebouw te maken had met het logo van Mercedes. Het antwoord van van Berkel was “Ja en Nee”. Voor de opdrachtgever was het “Ja”, voor hemzelf was het “Nee”. Hij vertelde dat hij de opdrachtgever zelfs nog heeft moeten overtuigen dat de cirkelvormigheid van het gebouw niets van doen had met de cirkels van het logo van concurrent Audi….

Alles bij elkaar: gebouwen van UN studio trekken zich niets aan van hun context en overstemmen deze vanwege hun expressiviteit. Deze expressiviteit is het resultaat van zeer consequent vasthouden aan driedimensionale geometrische figuren als grondvorm voor gebouwen. Dit is tot op zekere hoogte nuttig wanneer de context ontbreekt of niet interessant genoeg is om te behouden. Echter: voor gebieden met een sterke context is de houding van UN studio ongeschikt. Bovendien moet worden opgepast voor een dreigende overkill aan contextlositeit. Straks zal geen plek meer iets “eigens” hebben.

——————————————————————————————

Reacties:

UN-studio Is volgens mij iets overkomen dat heel veel architectenbureau’s is overkomen. Na het opbouwen van een reputatie (die nodig is om werk te krijgen) gaat deze op termijn een last worden in plaats van de lust waarmee het begon. De stempel die nu op UN-studio gedrukt wordt als zijnde contextloze ontwerpers komt (waarschijnlijk) alleen voort uit de lokaties waarvoor zij hebben mogen ontwerpen. Het lijkt vaak een samenloop van omstandigheden die een bureau een richting geven. En daarmee ontstaat ook direct de mogelijkheid dat een bureau uit de mode raakt. Wanneer raakt UN-studio OMA of MVRDV uit de mode? Of de Nederlandse architectuur in het algemeen? Voor mijn gevoel is er een verschuiving gaande van de (ster)architecten uit Noord-Europa naar de Oost-europeaanse architecten waar misschien nog iets meer op context gelet wordt dan hier…

(leuk(e) stukje(s) pepijn!)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s